Vorige week bezocht ik de vakbeurs Webwinkel vakdagen in Utrecht. Wat me opviel was het vele gebruik van, meestal Engelse, termen waarvan ik in de meeste gevallen geen idee had wat die zouden moeten betekenen.
Omnichannel, E-commerce marketing, touchpoint, datafeed management, growth hacking, connected stores, drop shipping, usability, SEO & SEA, influenzer marketing, customer journey optimization, content branding, enz. Ik kan in de meeste gevallen wel gissen naar de betekenis, maar snappen doe ik het niet echt. En als je die termen wel begrijpt, verkoop je dan meer? Dat betwijfel ik.
De online handel is nog steeds groeiende en dat begrijp ik wel. De consument wil graag zittend in zijn luie stoel, of ergens onderweg, een product of dienst kopen en vindt het prima dat hij daarvoor niet naar een fysieke winkel moet. Maar als jij die leverancier bent, dan verkoop jij jouw product toch alleen als het goed en/of mooi is en als jouw prijs goed is? Tegen deze logica kan geen onbegrijpelijke term op, lijkt mij. En verder moet je er voor zorgen dat jouw webshop goed in elkaar zit en je moet een beetje gevonden kunnen worden op internet.
Volgens mij is met die voorwaarde een groot deel van het rijtje onleesbare termen samen te vatten. Want de meeste bezoekers van jouw website hebben ook geen flauw benul van de betekenis van die marketing kreten. Ik denk dat we veel meer moeten denken in de termen die de mogelijke klanten ook begrijpen. Tenzij je natuurlijk een marketingbureau bent dat graag dure termen verkoopt...
Joop Mullemeister is sinds 2000 gespecialiseerd in database conversies voor huisarts- en fysiotherapiepraktijken en schrijft zo nu en dan een kort stukje over wat hij op dat moment belangrijk vindt. Wil je reageren? Stuur dan een mailtje, of gebruik het contactformulier.